Uitgaven die moeten en uitgaven die kunnen

Je kunt je geld op verschillende manieren uitgeven en bewaren. Maak een onderscheid in kosten die moeten en kosten die kunnen. Een voorbeeld van kosten die ‘moeten’ zijn je vaste lasten. Daar heb je geen keuze in. Je moet ze betalen, anders kom je in de problemen. Vaste lasten zijn bijvoorbeeld je huur, de kosten voor gas en elektriciteit, een zorgverzekering en telefoon. Eten, drinken en verzorgingsproducten zijn ook kosten die moeten. Maar hierin heb je wel een keuze: je kunt je boodschappen bijvoorbeeld doen bij een dure, of een goedkopere supermarkt.

Je hebt ook kosten die ‘kunnen’. Dit zijn kosten waar je flink op kunt besparen. Het kunnen uitgaven zijn die je misschien uit gewoonte doet, of als verwennerij, maar waar je prima zonder kan. Denk aan het bezoeken van een schoonheidsspecialiste. Of een belegd broodje bij de bakker kopen. Daar kun je op besparen.